Bas Nanninga
Bas Nanninga is senior beleidsadviseur circulaire economie bij het Hoogheemraadschap van Delfland, en binnenkort werkzaam bij de Unie van Waterschappen. Volgens hem moet STOWA in organisatie en programmering nog beter aansluiten bij de maatschappelijke vragen van de waterschappen.
“STOWA brengt alles wat op watergebied wetenschappelijk wordt onderzocht, naar het werk van de waterschappen. Het jubileum is een feestelijk moment. Waterschappen zijn zo slim geweest deze stichting op te richten en daar plukken we nu de vruchten van. De kennisoverdracht is goed georganiseerd.
STOWA heeft haar plek ingenomen in de waterschapswereld en is niet meer weg te denken. Zelf denk ik actief mee over de CO2-emissies uit de waterbodem. Daarnaast ben ik samen met STOWA een onderzoek gestart naar de milieueffecten van materialen die worden toegepast bij objecten van waterschappen.
Waterschappen moeten steeds meer buiten hun kerntaken kijken. We pakken thema’s op zoals klimaatverandering, CO2-emissies en circulaire economie. STOWA moet hier naar mijn idee nog wat verder in meegroeien. Misschien zou er een apart programma moeten komen voor deze nieuwe thema’s, zodat je een gemakkelijke ingang hebt binnen de organisatie. Nu is het nog wel eens zoeken: hoe past dit thema in de bestaande programma’s?”
Iris van Eck en Djoline van den Berg
Van Aquatisch ecoloog bij Waterschap Limburg Iris van Eck en van Djoline van den Berg, adviseur waterkwaliteit bij het Hoogheemraadschap van Delfland, krijgt de jubilaris een mooi rapportcijfer. Maar ook een paar tips.
Iris: “STOWA maakt zich sterk voor kennisuitwisseling en educatie, en zorgt dat kennis wordt uitgedragen en toegankelijk wordt gemaakt. STOWA doet dit al heel lang succesvol.
Ik vind het belangrijk dat ook mensen buiten de waterschapswereld meer te weten komen over water. De meeste mensen die niet dagelijks met water te maken hebben, weten er nauwelijks iets van. Er zijn veel interessante weetjes, mooie onderzoeken, mensen moeten toch een basiskennis hebben over water. Misschien zou STOWA dit in bijvoorbeeld tv-programma’s naar buiten kunnen brengen?” Djoline: “Ik vind het mooi om te zien hoe STOWA probeert om kennis en innovaties te ‘waarderen’ en jongere generaties hierin goed meeneemt. Deze prachtige nieuwe kennis is interessant voor alle leeftijden.”
Sita Vulto
Sita Vulto, adviseur stedelijke waterkwaliteit bij Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden: nadenken over koppeling tussen interactie waterkwaliteit en klimaatverandering.
“Waterschappen hebben veel kennisvragen. STOWA koppelt de kennisvragen aan elkaar en zorgt dat deze beantwoord worden. Het 50-jarig bestaan is een mijlpaal. Zolang ik werk is er STOWA. En zolang ik nog werk zal STOWA vast blijven bestaan. STOWA moet wel het lef blijven houden om keuzes te maken.
De positie van waterschappen verandert en we moeten soms buiten onze kerntaken thema’s oppakken. Neem thermische energie uit oppervlaktewater; de energietransitie is niet primair de verantwoordelijkheid van de waterschappen, maar komt ook bij ons terecht. STOWA neemt hierin haar rol. STOWA moet verder altijd méér aandacht blijven besteden aan de waterkwaliteit. Ik denk op dit moment mee over de relatie tussen klimaatverandering en waterkwaliteit.
Overal zijn klimaatstresstesten gehouden, van waaruit ook maatregelen worden getroffen om de effecten van klimaatverandering te beperken. Daarbij wordt niet op waterkwaliteit gelet. Ik heb dit aan de orde gesteld bij STOWA, want ik maak mij daar zorgen over. STOWA heeft mij gevraagd mee te werken aan de beantwoording van dit vraagstuk. Wij willen inzichtelijk maken welke watergangen kwetsbaar zijn voor klimaatverandering en wat de gevolgen van klimaatmaatregelen zijn voor de waterkwaliteit.”
Sjerp de Jong
Sjerp de Jong, AB-lid Wetterskip Fryslân: STOWA heeft in 50 jaar een stevige voet aan de grond gekregen.
“Dankzij STOWA krijg je een referentiekader voor wat waterschappen doen, heel veel informatie over wat er loos is, welke oplossingen er zijn en hoe je die toepast. Ook voor innovatie - zoals bij zuiveringstechnieken en bij aquathermie - heb je STOWA nodig. De ontwikkelde en gedeelde kennis en inzichten helpen je om de juiste keuzes te maken. In je organisatie zitten de waterprofessionals, als bestuurder met een financieel-economische achtergrond voel je je soms een amateur. Als je niet uitkijkt word je alleen geleid door wat de organisatie je vertelt. Als bestuurder kun je niet alles weten. De kennis van STOWA biedt een tegenwicht, waardoor ik vanuit een breder kader naar de organisatie kijk. Zijn we bijvoorbeeld wel innovatief genoeg? Ik heb geteld aan hoeveel innovatieprogramma’s we meedoen.
Tijdens corona vond ik de webinars van STOWA heel waardevol, én tijdbesparend. STOWA heeft in 50 jaar een stevige voet aan de grond gekregen, geniet groot vertrouwen en is heel toegankelijk. Ook is gezorgd voor veel samenwerking en dwarsverbanden met andere organisaties. Ik denk wel dat STOWA soms langer betrokken zou moeten blijven bij ontwikkelingstrajecten, bijvoorbeeld bij demo-sites van innovatieve zuiveringsconcepten. Daar is nu de Energie- en Grondstoffenfabriek voor, maar dat is toch weer een andere organisatie. Er is natuurlijk budget voor nodig, maar misschien kan STOWA dit inpluggen bij de waterschappen.”
Edwin Nagelhout
Edwin Nagelhout, adviseur assetmanagement Rijkswaterstaat Midden-Nederland Zuid: belangrijk te blijven luisteren naar wat in de regio’s speelt.
“STOWA zorgt voor kennisdeling, is hét instituut op watergebied voor kennis over actuele onderwerpen. Op STOWA-bijeenkomsten voelen mensen zoals ik zich thuis. Je ontmoet collega’s van andere organisaties en je komt zo uit je comfortzone. Je doet ideeën op voor nieuwe vraagstellingen en krijgt een gevoel over een richting. Er rolt soms een onderzoek uit, soms ook niet. Het moeten natuurlijk actuele vragen zijn, zoals het verbeteren van de biodiversiteit van dijken, onderzoek naar de stabiliteit van keringen of naar samenwerking tussen partijen. Toekomstige ontwikkelingen heeft STOWA ook in beeld, en de financiële kant van oplossingen wordt meegenomen.
Het is verder leuk dat deze bijeenkomsten op aparte locaties plaatsvinden, zoals het fort waar we vandaag zijn. Dat geeft ook inspiratie: wat zou je nog meer met dit soort historische plekken kunnen doen? STOWA is al lang op het pad waarop zij zich begeeft. Het is belangrijk dat ze blijft luisteren naar wat in de regio’s speelt en ook voor elke regio een verdiepingsslag biedt. Voor mensen uit de regio, die al een “plus-kennis” hebben, moet er ook meerwaarde zijn.”
Timon Bruggema
Timon Bruggema, projectmanager bij Antea Group: STOWA geeft kennisboost aan de hele watersector.
“We hebben in Nederland een enorme water- en natuuropgave. STOWA brengt kennis bijeen om deze problemen te lijf te gaan. Daar werken vooral publieke partijen aan. Maar marktpartijen, zoals adviseurs- en ingenieursbureaus, werken even gemotiveerd aan het oplossen van deze problemen. STOWA geeft een kennisboost aan de hele watersector. Een goed begrip van deze kennis is voor marktpartijen essentieel. Onze adviseurs schrijven bijvoorbeeld richtlijnen voor duurzame dijken, en doen dat mede op basis van kennis die STOWA beschikbaar stelt. We zijn dus heel blij dat STOWA bestaat.
Bureaus halen kennis, maar brengen ook kennis in. Het zou goed zijn als marktpartijen en STOWA elkaars kennis nog beter koppelen. Waar je die kennis bij elkaar brengt, wordt het meer. Er zouden om te beginnen meer marktpartijen op bijeenkomsten van STOWA vertegenwoordigd moeten zijn.”
Cécile Franssen
Cécile Franssen, DB-lid Waterschap Brabantse Delta:
Ga gewoon nog 50 jaar door!
“Voor tal van vraagstukken, uiteenlopend van blauwalgenbloei tot de stevigheid van dijken, zijn we voortdurend op zoek naar nieuwe oplossingen. STOWA biedt meerwaarde door ons hierin de weg te wijzen. Een onderzoek naar nieuwe grassoorten op dijken is bijvoorbeeld heel waardevol. STOWA ontwikkelt kennis waarmee je wordt uitgedaagd om nieuwe dingen te zien en te ontwikkelen. Onze medewerkers halen veel kennis op bij de stichting. Die kennis geeft mij zelf ook betere argumenten in gesprekken. STOWA bestaat nu 50 jaar. Ik zeg: ga gewoon nog 50 jaar door, met alle kennis die verder wordt ontwikkeld en waarmee steeds nieuwe oplossingen kunnen worden gevonden.”
Marije Stronks
Marije Stronks, beleidsadviseur digitale transformatie Unie van Waterschappen: extra kansen op het thema data-gedreven werken.
“STOWA loopt met haar onderzoeken altijd net een paar stapjes voor; ze signaleren kansen en problemen op watergebied en onderzoeken hoe Nederland hiermee om kan gaan. Vijftig jaar STOWA bewijst dat er behoefte is aan die kennis en er vertrouwen is dat STOWA de goede dingen doet.
STOWA heeft op de inhoudelijke (water)thema’s een enorme hoeveelheid kennis en kunde. Wel zie ik nog extra kansen op het thema data-gedreven werken. Bij ieder vraagstuk moet je je afvragen: hoe kan informatietechnologie mij helpen bij het vinden van oplossingen? Dat gebeurt nog te weinig. Ik spreek regelmatig met één van de programmamanagers bij STOWA over de inzet van data bij zuiveringen. Er wordt bij en rond rwzi’s veel gemeten, maar hoe maak je de stap van data naar informatie? Daar liggen kansen, ook voor STOWA. De Europese Unie heeft veel subsidiemogelijkheden voor de inzet van datatechnologie en een focus op klimaatvragen. Daar moet voor ons ook wat te halen zijn.”
Aaltje Saarloos
Aaltje Saarloos, AB-lid Waterschap De Dommel: STOWA is ‘dichtbij’
“STOWA biedt onderzoek waarmee waterschappen in Nederland wetenschappelijk begeleid worden in onderzoek. STOWA is van de waterschappen en dus heel ‘dichtbij’, de kennis draagt bij aan een goede uitvoering van ons dagelijks werk. STOWA moet onder andere oplossingen bieden voor vraagstukken rond het veranderende klimaat en de waterkwaliteit.
Het 50-jarig bestaan betekent dat de opgedane kennis zich door de jaren heen heeft kunnen ontwikkelen. De kennis van STOWA blijft en vervliegt niet. Ook de publicaties, boekjes en alle dingen die STOWA doet om kennis te verspreiden, helpen daarbij. Er is continuïteit. Het is natuurlijk wel goed als de stichting zich blijft vernieuwen, bijvoorbeeld via de inbreng van jonge mensen zoals watertrainees.”
Bas Nanninga
Bas Nanninga is senior beleidsadviseur circulaire economie bij het Hoogheemraadschap van Delfland, en binnenkort werkzaam bij de Unie van Waterschappen. Volgens hem moet STOWA in organisatie en programmering nog beter aansluiten bij de maatschappelijke vragen van de waterschappen.
“STOWA brengt alles wat op watergebied wetenschappelijk wordt onderzocht, naar het werk van de waterschappen. Het jubileum is een feestelijk moment. Waterschappen zijn zo slim geweest deze stichting op te richten en daar plukken we nu de vruchten van. De kennisoverdracht is goed georganiseerd.
STOWA heeft haar plek ingenomen in de waterschapswereld en is niet meer weg te denken. Zelf denk ik actief mee over de CO2-emissies uit de waterbodem. Daarnaast ben ik samen met STOWA een onderzoek gestart naar de milieueffecten van materialen die worden toegepast bij objecten van waterschappen.
Waterschappen moeten steeds meer buiten hun kerntaken kijken. We pakken thema’s op zoals klimaatverandering, CO2-emissies en circulaire economie. STOWA moet hier naar mijn idee nog wat verder in meegroeien. Misschien zou er een apart programma moeten komen voor deze nieuwe thema’s, zodat je een gemakkelijke ingang hebt binnen de organisatie. Nu is het nog wel eens zoeken: hoe past dit thema in de bestaande programma’s?”
Iris van Eck en Djoline van den Berg
Van Aquatisch ecoloog bij Waterschap Limburg Iris van Eck en van Djoline van den Berg, adviseur waterkwaliteit bij het Hoogheemraadschap van Delfland, krijgt de jubilaris een mooi rapportcijfer. Maar ook een paar tips.
Iris: “STOWA maakt zich sterk voor kennisuitwisseling en educatie, en zorgt dat kennis wordt uitgedragen en toegankelijk wordt gemaakt. STOWA doet dit al heel lang succesvol.
Ik vind het belangrijk dat ook mensen buiten de waterschapswereld meer te weten komen over water. De meeste mensen die niet dagelijks met water te maken hebben, weten er nauwelijks iets van. Er zijn veel interessante weetjes, mooie onderzoeken, mensen moeten toch een basiskennis hebben over water. Misschien zou STOWA dit in bijvoorbeeld tv-programma’s naar buiten kunnen brengen?” Djoline: “Ik vind het mooi om te zien hoe STOWA probeert om kennis en innovaties te ‘waarderen’ en jongere generaties hierin goed meeneemt. Deze prachtige nieuwe kennis is interessant voor alle leeftijden.”
Sita Vulto
Sita Vulto, adviseur stedelijke waterkwaliteit bij Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden: nadenken over koppeling tussen interactie waterkwaliteit en klimaatverandering.
“Waterschappen hebben veel kennisvragen. STOWA koppelt de kennisvragen aan elkaar en zorgt dat deze beantwoord worden. Het 50-jarig bestaan is een mijlpaal. Zolang ik werk is er STOWA. En zolang ik nog werk zal STOWA vast blijven bestaan. STOWA moet wel het lef blijven houden om keuzes te maken.
De positie van waterschappen verandert en we moeten soms buiten onze kerntaken thema’s oppakken. Neem thermische energie uit oppervlaktewater; de energietransitie is niet primair de verantwoordelijkheid van de waterschappen, maar komt ook bij ons terecht. STOWA neemt hierin haar rol. STOWA moet verder altijd méér aandacht blijven besteden aan de waterkwaliteit. Ik denk op dit moment mee over de relatie tussen klimaatverandering en waterkwaliteit.
Overal zijn klimaatstresstesten gehouden, van waaruit ook maatregelen worden getroffen om de effecten van klimaatverandering te beperken. Daarbij wordt niet op waterkwaliteit gelet. Ik heb dit aan de orde gesteld bij STOWA, want ik maak mij daar zorgen over. STOWA heeft mij gevraagd mee te werken aan de beantwoording van dit vraagstuk. Wij willen inzichtelijk maken welke watergangen kwetsbaar zijn voor klimaatverandering en wat de gevolgen van klimaatmaatregelen zijn voor de waterkwaliteit.”
Sjerp de Jong
Sjerp de Jong, AB-lid Wetterskip Fryslân: STOWA heeft in 50 jaar een stevige voet aan de grond gekregen.
“Dankzij STOWA krijg je een referentiekader voor wat waterschappen doen, heel veel informatie over wat er loos is, welke oplossingen er zijn en hoe je die toepast. Ook voor innovatie - zoals bij zuiveringstechnieken en bij aquathermie - heb je STOWA nodig. De ontwikkelde en gedeelde kennis en inzichten helpen je om de juiste keuzes te maken. In je organisatie zitten de waterprofessionals, als bestuurder met een financieel-economische achtergrond voel je je soms een amateur. Als je niet uitkijkt word je alleen geleid door wat de organisatie je vertelt. Als bestuurder kun je niet alles weten. De kennis van STOWA biedt een tegenwicht, waardoor ik vanuit een breder kader naar de organisatie kijk. Zijn we bijvoorbeeld wel innovatief genoeg? Ik heb geteld aan hoeveel innovatieprogramma’s we meedoen.
Tijdens corona vond ik de webinars van STOWA heel waardevol, én tijdbesparend. STOWA heeft in 50 jaar een stevige voet aan de grond gekregen, geniet groot vertrouwen en is heel toegankelijk. Ook is gezorgd voor veel samenwerking en dwarsverbanden met andere organisaties. Ik denk wel dat STOWA soms langer betrokken zou moeten blijven bij ontwikkelingstrajecten, bijvoorbeeld bij demo-sites van innovatieve zuiveringsconcepten. Daar is nu de Energie- en Grondstoffenfabriek voor, maar dat is toch weer een andere organisatie. Er is natuurlijk budget voor nodig, maar misschien kan STOWA dit inpluggen bij de waterschappen.”
Edwin Nagelhout
Edwin Nagelhout, adviseur assetmanagement Rijkswaterstaat Midden-Nederland Zuid: belangrijk te blijven luisteren naar wat in de regio’s speelt.
“STOWA zorgt voor kennisdeling, is hét instituut op watergebied voor kennis over actuele onderwerpen. Op STOWA-bijeenkomsten voelen mensen zoals ik zich thuis. Je ontmoet collega’s van andere organisaties en je komt zo uit je comfortzone. Je doet ideeën op voor nieuwe vraagstellingen en krijgt een gevoel over een richting. Er rolt soms een onderzoek uit, soms ook niet. Het moeten natuurlijk actuele vragen zijn, zoals het verbeteren van de biodiversiteit van dijken, onderzoek naar de stabiliteit van keringen of naar samenwerking tussen partijen. Toekomstige ontwikkelingen heeft STOWA ook in beeld, en de financiële kant van oplossingen wordt meegenomen.
Het is verder leuk dat deze bijeenkomsten op aparte locaties plaatsvinden, zoals het fort waar we vandaag zijn. Dat geeft ook inspiratie: wat zou je nog meer met dit soort historische plekken kunnen doen? STOWA is al lang op het pad waarop zij zich begeeft. Het is belangrijk dat ze blijft luisteren naar wat in de regio’s speelt en ook voor elke regio een verdiepingsslag biedt. Voor mensen uit de regio, die al een “plus-kennis” hebben, moet er ook meerwaarde zijn.”
Timon Bruggema
Timon Bruggema, projectmanager bij Antea Group: STOWA geeft kennisboost aan de hele watersector.
“We hebben in Nederland een enorme water- en natuuropgave. STOWA brengt kennis bijeen om deze problemen te lijf te gaan. Daar werken vooral publieke partijen aan. Maar marktpartijen, zoals adviseurs- en ingenieursbureaus, werken even gemotiveerd aan het oplossen van deze problemen. STOWA geeft een kennisboost aan de hele watersector. Een goed begrip van deze kennis is voor marktpartijen essentieel. Onze adviseurs schrijven bijvoorbeeld richtlijnen voor duurzame dijken, en doen dat mede op basis van kennis die STOWA beschikbaar stelt. We zijn dus heel blij dat STOWA bestaat.
Bureaus halen kennis, maar brengen ook kennis in. Het zou goed zijn als marktpartijen en STOWA elkaars kennis nog beter koppelen. Waar je die kennis bij elkaar brengt, wordt het meer. Er zouden om te beginnen meer marktpartijen op bijeenkomsten van STOWA vertegenwoordigd moeten zijn.”
Cécile Franssen
Cécile Franssen, DB-lid Waterschap Brabantse Delta:
Ga gewoon nog 50 jaar door!
“Voor tal van vraagstukken, uiteenlopend van blauwalgenbloei tot de stevigheid van dijken, zijn we voortdurend op zoek naar nieuwe oplossingen. STOWA biedt meerwaarde door ons hierin de weg te wijzen. Een onderzoek naar nieuwe grassoorten op dijken is bijvoorbeeld heel waardevol. STOWA ontwikkelt kennis waarmee je wordt uitgedaagd om nieuwe dingen te zien en te ontwikkelen. Onze medewerkers halen veel kennis op bij de stichting. Die kennis geeft mij zelf ook betere argumenten in gesprekken. STOWA bestaat nu 50 jaar. Ik zeg: ga gewoon nog 50 jaar door, met alle kennis die verder wordt ontwikkeld en waarmee steeds nieuwe oplossingen kunnen worden gevonden.”
Marije Stronks
Marije Stronks, beleidsadviseur digitale transformatie Unie van Waterschappen: extra kansen op het thema data-gedreven werken.
“STOWA loopt met haar onderzoeken altijd net een paar stapjes voor; ze signaleren kansen en problemen op watergebied en onderzoeken hoe Nederland hiermee om kan gaan. Vijftig jaar STOWA bewijst dat er behoefte is aan die kennis en er vertrouwen is dat STOWA de goede dingen doet.
STOWA heeft op de inhoudelijke (water)thema’s een enorme hoeveelheid kennis en kunde. Wel zie ik nog extra kansen op het thema data-gedreven werken. Bij ieder vraagstuk moet je je afvragen: hoe kan informatietechnologie mij helpen bij het vinden van oplossingen? Dat gebeurt nog te weinig. Ik spreek regelmatig met één van de programmamanagers bij STOWA over de inzet van data bij zuiveringen. Er wordt bij en rond rwzi’s veel gemeten, maar hoe maak je de stap van data naar informatie? Daar liggen kansen, ook voor STOWA. De Europese Unie heeft veel subsidiemogelijkheden voor de inzet van datatechnologie en een focus op klimaatvragen. Daar moet voor ons ook wat te halen zijn.”
Aaltje Saarloos
Aaltje Saarloos, AB-lid Waterschap De Dommel: STOWA is ‘dichtbij’
“STOWA biedt onderzoek waarmee waterschappen in Nederland wetenschappelijk begeleid worden in onderzoek. STOWA is van de waterschappen en dus heel ‘dichtbij’, de kennis draagt bij aan een goede uitvoering van ons dagelijks werk. STOWA moet onder andere oplossingen bieden voor vraagstukken rond het veranderende klimaat en de waterkwaliteit.
Het 50-jarig bestaan betekent dat de opgedane kennis zich door de jaren heen heeft kunnen ontwikkelen. De kennis van STOWA blijft en vervliegt niet. Ook de publicaties, boekjes en alle dingen die STOWA doet om kennis te verspreiden, helpen daarbij. Er is continuïteit. Het is natuurlijk wel goed als de stichting zich blijft vernieuwen, bijvoorbeeld via de inbreng van jonge mensen zoals watertrainees.”