Deze publicatie maakt gebruik van cookies

We gebruiken functionele en analytische cookies om onze website te verbeteren. Daarnaast plaatsen derde partijen tracking cookies om gepersonaliseerde advertenties op social media weer te geven. Door op accepteren te klikken gaat u akkoord met het plaatsen van deze cookies.

Kennisoverdracht

Afkoppelen in animatie uitgelegd

Waar gaat hemelwater in de stad naar toe?

Hoe wordt hemelwater in de stad tegenwoordig opgevangen, gebufferd en afgevoerd? STOWA liet een animatievideo maken waarin dit te zien is. Uitgelegd wordt dat op veel plaatsen nog een gemengd rioolstelsel ligt, waarin zowel hemel- als afvalwater terechtkomt. Dit heeft nadelen. De hoeveelheid rioolwater neemt toe en dat leidt tot inefficiënt zuiveren en hoge kosten. En bij zware neerslag kan het met regenwater vermengde afvalwater overlopen naar het oppervlaktewater, dat hierdoor een slechtere kwaliteit krijgt. Ook kan het riool vollopen, met vies water op straat als gevolg. Hemelwater wordt daarom steeds vaker afgekoppeld. Relatief schoon regenwater gaat via een hemelwaterriool naar het oppervlaktewater of wordt direct geïnfiltreerd in de bodem met bijvoorbeeld een wadi, verticale infiltratiebuizen of infiltratiekratten. Dit neemt genoemde nadelen weg en draagt bovendien bij aan oplossingen voor een klimaatbestendige stad. Hoe? Bekijk de animatie!

Lopend onderzoek

Aquaconnect op gang

In AquaConnect werken vele partijen samen aan oplossingen waarmee deltagebieden zelfvoorzienend kunnen worden wat betreft zoetwater. Doel is om meer water in reserve te hebben tijdens droge periodes, onder meer door afvalwater (effluent) en brak grondwater te gebruiken. Dat water is nog niet geschikt voor toepassing in de natuur, landbouw of (drinkwater)industrie. Binnen het onderzoeksprogramma wordt daarom gewerkt aan nieuwe zuiveringstechnologieën. Ook wordt gewerkt aan digitale systemen waarmee het aanbod van zoetwater slim is te verbinden aan de vraag. Hierbij worden ook de mogelijkheden voor opslag van grond- en oppervlaktewater onderzocht.

Het onderzoeksprogramma ging in 2021 van start en is inmiddels goed op gang. De eerste aandacht is uitgegaan naar de onderzoeksvragen die de eindgebruikers in verschillende regio's van Nederland hebben. Ook zijn pilots bezocht waar al brak grondwater (Den Haag) en gezuiverd RWZI-effluent (Haaksbergen) wordt toegepast.

Aan het onderzoeksprogramma werken momenteel 15 postdoctorale onderzoekers: 14 promovendi (PhD-studenten) en een technologisch ontwerper (Engineering Doctorate).

Nieuw onderzoek

Bemonstering van een belucht helofytenfilter in het project SuperLocal. Het is een van de DEBIT projecten.

DEBIT-2030 verzamelt data van kleinschalige zuiveringen

In 2022 is een nieuw onderzoeksprogramma van start gegaan: DEcentrale Behandeling, Inzameling en Transport van afvalwater in 2030, kortweg DEBIT-2030. Het programma richt zich op de monitoring van emissies van kleinschalige zuiverende voorzieningen en heeft tot doel om data te verzamelen (en beschikbaar te stellen) over hoe dergelijke decentrale sanitaire systemen in de praktijk werken. Het gaat om de monitoring van de kwaliteit van het effluent, het verschil tussen influent en effluent, en van de kwaliteit van herbruikbaar water. Ook worden gegevens over beheersaspecten verzameld, bijvoorbeeld over onderhoud, storingen en energie- en grondstoffenverbruik. Alle data worden beschikbaar gesteld via de zogeheten Sanimonitor.

Kennisoverdracht

Afkoppelen in animatie uitgelegd

Waar gaat hemelwater in de stad naar toe?

Hoe wordt hemelwater in de stad tegenwoordig opgevangen, gebufferd en afgevoerd? STOWA liet een animatievideo maken waarin dit te zien is. Uitgelegd wordt dat op veel plaatsen nog een gemengd rioolstelsel ligt, waarin zowel hemel- als afvalwater terechtkomt. Dit heeft nadelen. De hoeveelheid rioolwater neemt toe en dat leidt tot inefficiënt zuiveren en hoge kosten. En bij zware neerslag kan het met regenwater vermengde afvalwater overlopen naar het oppervlaktewater, dat hierdoor een slechtere kwaliteit krijgt. Ook kan het riool vollopen, met vies water op straat als gevolg. Hemelwater wordt daarom steeds vaker afgekoppeld. Relatief schoon regenwater gaat via een hemelwaterriool naar het oppervlaktewater of wordt direct geïnfiltreerd in de bodem met bijvoorbeeld een wadi, verticale infiltratiebuizen of infiltratiekratten. Dit neemt genoemde nadelen weg en draagt bovendien bij aan oplossingen voor een klimaatbestendige stad. Hoe? Bekijk de animatie!

Lopend onderzoek

Aquaconnect op gang

In AquaConnect werken vele partijen samen aan oplossingen waarmee deltagebieden zelfvoorzienend kunnen worden wat betreft zoetwater. Doel is om meer water in reserve te hebben tijdens droge periodes, onder meer door afvalwater (effluent) en brak grondwater te gebruiken. Dat water is nog niet geschikt voor toepassing in de natuur, landbouw of (drinkwater)industrie. Binnen het onderzoeksprogramma wordt daarom gewerkt aan nieuwe zuiveringstechnologieën. Ook wordt gewerkt aan digitale systemen waarmee het aanbod van zoetwater slim is te verbinden aan de vraag. Hierbij worden ook de mogelijkheden voor opslag van grond- en oppervlaktewater onderzocht.

Het onderzoeksprogramma ging in 2021 van start en is inmiddels goed op gang. De eerste aandacht is uitgegaan naar de onderzoeksvragen die de eindgebruikers in verschillende regio's van Nederland hebben. Ook zijn pilots bezocht waar al brak grondwater (Den Haag) en gezuiverd RWZI-effluent (Haaksbergen) wordt toegepast.

Aan het onderzoeksprogramma werken momenteel 15 postdoctorale onderzoekers: 14 promovendi (PhD-studenten) en een technologisch ontwerper (Engineering Doctorate).

Nieuw onderzoek

Bemonstering van een belucht helofytenfilter in het project SuperLocal. Het is een van de DEBIT projecten.

DEBIT-2030 verzamelt data van kleinschalige zuiveringen

In 2022 is een nieuw onderzoeksprogramma van start gegaan: DEcentrale Behandeling, Inzameling en Transport van afvalwater in 2030, kortweg DEBIT-2030. Het programma richt zich op de monitoring van emissies van kleinschalige zuiverende voorzieningen en heeft tot doel om data te verzamelen (en beschikbaar te stellen) over hoe dergelijke decentrale sanitaire systemen in de praktijk werken. Het gaat om de monitoring van de kwaliteit van het effluent, het verschil tussen influent en effluent, en van de kwaliteit van herbruikbaar water. Ook worden gegevens over beheersaspecten verzameld, bijvoorbeeld over onderhoud, storingen en energie- en grondstoffenverbruik. Alle data worden beschikbaar gesteld via de zogeheten Sanimonitor.